Skip to content

23.07 uitspraak

Kern

Verzoeker woont samen met 5 andere cliënten in een kleinschalige zorginstelling, met gemeenschappelijke voorzieningen waar hij zorg in natura ontvangt op grond van de Wlz. Voor het gezamenlijk wonen is een aantal huisregels opgesteld, die door verzoeker zijn ondertekend. Verzoeker ervaart o.a. een gevoel van onveiligheid ten gevolge van het gedrag van medebewoners, onethisch handelen door verweerder en een gebrek aan autonomie. Omdat de huisregels naar het oordeel van de commissie in redelijkheid worden nageleefd op deze punten, worden de geschilpunten ongegrond verklaard. Tevens is op elk van de punten door partijen een aantal afspraken overeengekomen.

Samenvatting

Verzoeker is een jongvolwassene met een normale intelligentie, ADHD en een autismespectrumstoornis. Vanaf 23 december 2021 heeft hij een CIZ- indicatie voor 24-uurszorg voor ‘GGZ Wonen: Wonen met intensieve begeleiding’ op grond van de Wet langdurige zorg.

Verweerders vertegenwoordigen een kleinschalige zorgorganisatie, gespecialiseerd in de begeleiding van mensen met autisme, in combinatie met een normale tot hoge begaafdheid. De instelling levert onder meer langdurige zorg in natura in kleinschalige zorglocaties op grond van de Wlz. Vanaf maart 2022 verblijft verzoeker op één van de zorglocaties van verweerder, samen met 5 andere cliënten, die net als verzoeker zorg in natura ontvangen. Elke bewoner heeft een eigen kamer, andere voorzieningen zijn gemeenschappelijk. Er zijn permanent één of meer begeleiders aanwezig.

Sinds enige tijd ervaart verzoeker dat hij beperkt wordt in zijn autonomie, door de regels die hem worden opgelegd. Voorbeelden daarvan zijn de beperking van de tijd dat hij warm kan douchen tot 10 minuten, het niet zelf de beschikking hebben over het boodschappenbudget en het niet zelf kunnen instellen van de temperatuur in de gemeenschappelijke ruimte en zijn eigen kamer. Daarnaast voelt verzoeker zich in toenemende mate onveilig vanwege de manier waarop door verweerder (schriftelijk) wordt gecommuniceerd over de regels alsmede door het gedrag van één van zijn medebewoners en de manier waarop hier door verweerder mee om wordt gegaan. Verweerder en verzoeker verschillen van inzicht met betrekking tot de wijze waarop bij een aantal onderdelen invulling moet worden gegeven aan het wonen van verzoeker.

Verweerder heeft ten behoeve van cliënten huisregels in het leven geroepen, die zijn ondertekend door verzoeker. Het begeleidingsplan, dat volgens verzoeker begin 2022 is opgesteld en nooit is geëvalueerd, was niet in het bezit van de commissie.

De commissie stelt bij bindend advies vast de door partijen tijdens de hoorzitting onderling gemaakte afspraken  over onder meer de wijze waarop gehandeld wordt bij een acuut gevoel van onveiligheid bij verzoeker, de wijze waarop communicatie plaatsvindt, het opstellen van een zorg/begeleidingsplan op korte termijn, actualisering en jaarlijkse evaluatie van de huisregels, het laten ingaan van een voedingsbudget voor de warme maaltijd en de aanschaf van een warmtekussen voor gebruik in de gemeenschappelijke woonruimte.

Voorts verklaart de commissie de geschilonderdelen (gevoel van onveiligheid binnen muren zorglocatie als gevolg van gedrag medebewoners, onethisch handelen en gebrek aan autonomie) ongegrond, omdat de door verzoeker ondertekende huisregels die van kracht zijn op deze punten naar het oordeel van de commissie in redelijkheid worden nageleefd.

Leerpunten zorgaanbieder

Leerpunt 1 (m.b.t. het zorgplan/begeleidingsplan)
De commissie adviseert een concreet geformuleerd zorgplan/begeleidingsplan, tijdig en in gezamenlijkheid met de cliënt op te stellen op basis van de beschikbare kennis en feiten en te bespreken met cliënt en (bij voorkeur) te laten ondertekenen door alle betrokken partijen. Op deze manier wordt onduidelijkheid ten aanzien van de invulling van de overeengekomen begeleiding voorkomen.

Leerpunt 2 (m.b.t. evaluatie zorgplan/begeleidingsplan)
De commissie adviseert een zorgplan periodiek en gezamenlijk te evalueren en er zorg voor te dragen dat die evaluatie schriftelijk vastgelegd wordt en als zodanig (tijdig) beschikbaar wordt gesteld aan partijen.

Leerpunt 3 (m.b.t. communicatie)
De commissie adviseert de zorgaanbieder te communiceren op een transparante en op een voor elke client begrijpelijke wijze. Voor zover het gecommuniceerde aan verandering onderhevig is dient deze periodiek te worden geëvalueerd en zo nodig aangepast.

Back To Top