Rechtmatige opzegging zorgovereenkomst en huurovereenkomst. Gewichtige redenen omdat
verzoeker geen zorg aanvaardde. Geen gebrekkige zorgverlening. Geen grondslag voor
schadevergoeding.
22.04 uitspraak
Kern
Samenvatting
De verzoeker woonde in een beschermde woonvorm bij de zorgaanbieder, waar hij op vaste
contactmomenten begeleiding zou ontvangen. De verzoeker was vaak niet aanwezig op deze
contactmomenten of gaf aan geen behoefte aan begeleiding te hebben. De zorgaanbieder vond dat
hij daardoor de zorg die was afgesproken niet kon leveren. In overleg met het wijkteam heeft de
zorgaanbieder de zorgovereenkomst opgezegd met een opzegtermijn van achttien weken. Daarmee
werd ook de huurovereenkomst beëindigd, die met de zorgovereenkomst was verbonden. De
verzoeker is het niet met deze opzegging eens (geschilonderdeel 1) en vindt dat de zorgaanbieder
slechte zorg verleent (geschilonderdeel 2).
De zorgaanbieder heeft de zorgovereenkomst – en daarmee ook de huurovereenkomst – rechtmatig
opgezegd. Er is sprake van gewichtige redenen omdat de verzoeker geen zorg aanvaardde en op die
manier de zorgaanbieder niet in staat stelde om de zorg die was afgesproken te verlenen. Verder
heeft de zorgaanbieder voldoende zorgvuldig gehandeld door verzoeker meerdere keren te laten
weten wat (de gevolgen van) het niet aanvaarden van zorg en door een redelijke opzegtermijn te
hanteren.
De verzoeker kan de zorgaanbieder niet verwijten dat de zorgaanbieder niet genoeg of verkeerde
zorg en begeleiding heeft geboden, omdat de verzoeker de zorgaanbieder niet in staat heeft gesteld
om de zorg die was afgesproken te verlenen.
Omdat de geschilonderdelen niet terecht zijn, is er geen reden voor schadevergoeding.