De gezondheid van een bewoner van een kleinschalige leefgemeenschap gaat achteruit. De zorgaanbieder heeft niet voldoende in de veranderde zorgbehoefte van cliënt voorzien en heeft zich niet voldoende ingespannen om voor aanvullende (thuis)zorg zorg te dragen. Coronamaatregelen werden op punten onvoldoende nageleefd. De zorgaanbieder heeft daarmee de zorgplicht geschonden. Verzoek tot schadevergoeding wordt afgewezen.
21.08 uitspraak
Kern
Samenvatting
De vader van verzoekster woont in een kleinschalige leefgemeenschap van de zorgaanbieder. Tijdens de laatste maanden van zijn verblijf gaat zijn gezondheid steeds verder achteruit. Als de dochter haar vader op een avond niet kan bereiken en bij hem langsgaat, treft zij hem in zorgwekkende toestand aan. Haar vader wordt dezelfde avond met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Hij overlijdt enkele dagen later. De dochter vindt dat de zorgaanbieder gebrekkige zorg heeft verleend op de dag van de ziekenhuisopname en de dag daarvoor. Verder vindt de dochter dat de zorg voor de leefruimte onvoldoende was en dat de coronamaatregelen niet voldoende werden nageleefd.
Het geschilonderdeel over gebrekkige zorgverlening is gegrond. De zorgaanbieder is haar zorgplicht niet nagekomen door niet voldoende in te spelen op de zorgbehoefte van de vader die veranderde en door zich niet voldoende in te spannen om voor aanvullende (thuis)zorg te zorgen. De zorgaanbieder heeft ten onrechte een afwachtende houding aangenomen; een planmatige aanpak en opvolging ontbraken. Op de avond van de ziekenhuisopname heeft de aanwezige medewerker niet op de juiste manier gereageerd. Hij was handelingsverlegen en miste het gevoel van urgentie. Dit rekent de commissie de zorgaanbieder aan, omdat de zorgaanbieder haar medewerker een zorgtaak heeft gegeven waarvoor hij niet was opgeleid en waarop hij niet was voorbereid.
De commissie acht het geschilonderdeel over gebrekkige zorg voor de leefruimte ongegrond. De commissie heeft geen aanwijzingen dat de vader zelf klachten had over het schoonhouden van zijn leefruimte.
Het geschilonderdeel over het niet voldoende naleven van de coronamaatregelen is gegrond, voor zover de zorgaanbieder de verantwoordelijkheid voor het naleven van de coronamaatregelen volledig bij bezoekers heeft gelaten en daar ook niet op heeft gecontroleerd. Daarmee heeft de zorgaanbieder de zorgplicht die op haar rust geschonden.
De dochter zegt schade te hebben geleden, omdat zij na het overlijden van haar vader psychologische hulp heeft moeten zoeken en enkele weken niet heeft kunnen werken. De commissie wijst het verzoek tot schadevergoeding af. Het causaal verband tussen de wat de zorgaanbieder te verwijten is en de schade ontbreekt. Ook is de schade onvoldoende onderbouwd.
Leerpunten zorgaanbieder
Zorgverlening
Bij een veranderde zorgbehoefte van cliënt dient de zorgaanbieder maatregelen te treffen om passende zorg te leveren, ook als dit betekent dat de zorg moet worden uitbesteed. Daarvoor is een proactieve houding met een planmatige aanpak en opvolging noodzakelijk.
Naleving coronamaatregelen
De door de zorgaanbieder te treffen coronamaatregelen dienen zich niet alleen te richten op medewerkers en cliënten, maar ook op bezoekers. Hetzelfde geldt voor het toezicht op naleving van die coronamaatregelen.